
pr
Men schrijft ons: Diftar, verkeerde prikkels
OUDER-AMSTEL In de discussie over Diftar, hier een bijdrage van Boudewijn Elsinga.
“Er wordt als argument voor ‘diftar’ gesproken van een ‘financiële prikkel’ om mensen te bewegen minder afval weg te brengen, maar ik zie dit op twee punten verkeerd gaan.
Ten eerste, de meesten van ons zullen, wellicht met tegenzin, keurig hun afval blijven scheiden en het restafval in de diftar-bak doen. Er zullen ook mensen zijn die de ‘financiële prikkel’ anders opvatten: het moment van afval brengen kóst ineens geld en nu is er een korte-termijn voordeel om het dus náást de bak te laten liggen. Stel dat het slechts om enkele huishoudens gaat, dan is dat genoeg voor permanente rommel op straat.
De tweede misvatting zit hem in de bewustwording over afval: de mensen die actief proberen minder afval te produceren door hun manier van leven, doen dit volgens mij ongeacht het afvalsysteem: vanuit hun idealen. De mensen die hier niet zo mee bezig zijn, zullen niet hun leven omgooien om minder afval te produceren. Als u wel eens in een gewone supermarkt geweest bent, hoef ik niet uit te leggen dat je best veel moeite moet doen om zonder veel afval-in-wording naar huis te gaan. In feite word je als burger dus klemgezet tussen diftar en de verpakkingsindustrie.
Pas als er een lokaal bereikbaar alternatief is voor de huidige manier van verpakkingen consumeren, kan er van mensen gevraagd worden actief minder afval te produceren en dat kan vervolgens beloond worden. Dat het moment van afval wegdoen nu iets wordt waar op ‘bespaard kan worden’ door het afval niet in de bak te doen, lijkt mij contraproductief. Misschien werkt het diftar-systeem in een ideale wereld, maar waarom zouden we het huidige, goed werkende systeem nodeloos ingewikkeld maken met het reële risico dat er meer afval op straat komt?”
dr. Boudewijn Elsinga